-
Er wordt geen rekening gehouden met het cumulatieve effect van alle bedrijven in de buurt. Bijvoorbeeld: als er 30 bedrijven zijn die elk voor 5% van de KDW zorgen, valt er in totaal 150% van de KDW neer op het natuurgebied en dus wordt de drempel overschreden.
-
Bovendien moet onderzocht worden of er geen negatieve invloed is op VEN-gebieden (Vlaams ecologisch netwerk). Concreet betekent dit dat de impact van een bedrijf op een groter aantal natuurgebieden onderzocht moet worden dan voorheen het geval was.
Hoe zal het beleid hier verder mee omgaan?
De Vlaamse regering had voor het arrest al een traject gestart om een nieuwe programmatische aanpak stikstof op te stellen. Er worden verschillende scenario’s voorbereid die een verlaging van de stikstofdepositie als doel hebben. In die scenario’s wordt er momenteel gekeken naar verschillende sectoren (niet enkel landbouw) en er zal ook onderzocht worden welke socio-economische impact dit zal hebben op de betrokken sectoren.
De scenario’s die een voldoende grote reductie in stikstofuitstoot kunnen veroorzaken zullen onderworpen worden aan een openbaar onderzoek. Op basis van de resultaten hiervan beslist de Vlaamse regering uiteindelijk (vermoedelijk na de zomer) welke maatregelen getroffen zullen worden om de stikstofproblematiek aan te pakken.
Groene Kring zal er mee over waken dat er rekening wordt gehouden met de specifieke situatie van jongeren. Het moet voor jongeren in de sector of jongeren die in de sector willen gaan starten immers mogelijk blijven om hun bedrijf te kunnen ontwikkelen.
In afwachting van dit traject werkt de Vlaamse regering aan een tijdelijk kader dat als basis voor de vergunningverlening kan dienen.
Welke impact heeft dit op onze bedrijven?
Het staat vast dat dit alles impact zal hebben op de vergunningverlening. De gehele wetgeving rond PAS staat op zich nog wel, maar het arrest kan aangegrepen worden als precedent: lopende vergunningenverleningen op basis van het bestaande significantiekader lopen het risico om met succes aangevochten te worden door personen/instanties die tegen de vergunning zijn. De vergunningsverlenende overheden zijn daarom niet langer geneigd om dit kader te gebruiken om vergunningen te verlenen.
-
Verleende vergunningen
Voor vergunningen die verleend zijn en waar de procedure afgelopen is (waar dus geen bezwaartermijnen of dergelijke meer lopen) zal er waarschijnlijk niets veranderen.
-
Lopende dossiers: hervergunning en uitbreidingen
Aankomende en lopende hervergunningen zullen getoetst worden aan het tijdelijke vergunningenkader. Maar totdat dit kader er is, komen lopende hervergunningen terecht in een bestuurlijke lus: er worden dan extra documenten opgevraagd om de vergunning op te baseren.
In afwachting van het tijdelijke kader is het in principe zo dat er bij een vergunningaanvraag via een “passende beoordeling” aangetoond moet worden dat de (her)vergunning geen negatieve impact heeft op nabijgelegen natuurgebieden. Het ontbreekt momenteel echter aan voldoende nauwkeurige manieren om met zekerheid aan te tonen dat er geen negatieve impact is.
De verwachting is dat voor uitbreidingen het kader strenger zal zijn dan dat we het de afgelopen jaren kenden.
Wat doet Groene Kring?
Groene Kring zal er alles aan doen om de belangen van jongeren te verdedigen en te anticiperen op evoluties in het dossier. Bij concrete vragen of bedenkingen kan je contact opnemen met je consulent.