Kan je jezelf even kort voorstellen?

Ennio: “Ik ben dagelijks bezig met mijn job als triple-A-analist, wat inhoudt dat ik de lichaamsbouw van koeien en geiten analyseer en op basis daarvan op zoek ga naar wat het mannelijke dier moet toevoegen aan de paring om een meer gebalanceerde generatie te creëren. Daarnaast baat ik samen met mijn ouders een vleesveebedrijf uit met een 45-tal kalvingen per jaar. Verder fok ik schapen als hobby en ben ik actief in de stamboekwerking van Bleu du Maine-schapen. Tot slot ben ik actief in Groene Kring, als voorzitter van de werkgroep Vleesvee en kalveren.”

Hoe ben je voorzitter van de werkgroep geworden?

Ennio: “Enkele vrienden zaten in de werkgroep Vleesvee en kalveren, en zij spoorden me aan om lid te worden van Groene Kring. In september 2020 werd ik verkozen tot de nieuwe voorzitter van de werkgroep. Ik mocht de fakkel overnemen van Jan Van Kelecom.”

Welke taken zitten er zoal in je pakket?

Ennio: “Als voorzitter is het mijn taak om te luisteren naar wat er leeft. Soms zijn bepaalde beleidszaken bijvoorbeeld niet duidelijk en dan nodigen we een spreker uit om er een toelichting over te geven. Verder moet ik toezien op een goede groepsdynamiek. Dat is eigenlijk een van mijn belangrijkste taken. Zo moet er bijvoorbeeld ruimte zijn om tijdens vergaderingen over figuurlijke koetjes en kalfjes te praten, niet alleen over problemen en noden. Ik moet ervoor zorgen dat het plezant blijft en dat de leden wat erkenning krijgen, want uiteindelijk spenderen zij vrijwillig hun woensdagavond aan de werkgroep. Verder help ik ook met het opstellen van de agenda en het organiseren van bedrijfsbezoeken.”

"We moeten positief blijven, want het heeft geen zin om oude zeurkousen te worden. "

Ennio Liesens

Wat zijn volgens jou momenteel de grootste uitdagingen voor Vlaamse vleesveehouders?

Ennio: “Blauwtong is op dit moment een van de grootste problemen. We hopen dat de vaccinatiecampagne de uitbraak van de ziekte sterk zal beperken, want als vleesveehouder word je getroffen door abortussen en een hogere sterfte bij kalveren. Verder boezemt IBR veel veehouders angst in, omdat heel wat collega's-veehouders erdoor getroffen werden. We wachten op duidelijke maatregelen vanuit de overheid. Ook de financiële slagkracht van de vleesveehouder is nog te beperkt. Het is de wet van vraag en aanbod en als landbouwer zijn we prijsnemer, geen prijszetter. In de werkgroep wordt er bijvoorbeeld vaak gesproken over de huidige prijzen voor vee. Bovendien is er nog de vergunningsproblematiek door de stikstofmalaise. Ook dat is iets waar we ons hart voor vasthouden.”

Hoe ziet de werking van de werkgroep er precies uit?

Ennio: “We komen maandelijks samen – afwisselend op verschillende locaties in Vlaanderen, om het voor alle leden haalbaar te maken. We bespreken dan de actuele thema’s in de sector, zoals Blauwtong, IBR en het GLB. Naast de grote dossiers is er dan altijd nog wat tijd voor variapunten. Daarnaast is ook standpuntvorming een belangrijke taak van de werkgroep. Daarvoor rekenen we op de input van de leden. De vergaderingen zijn heel leerrijk, omdat je veel van elkaar kan leren en mensen uit heel Vlaanderen ontmoet. Sprekers uitnodigen, de boerderij van iemand uit de werkgroep bezoeken, met iedereen iets gaan eten of op bedrijfsbezoek gaan … Het zijn allemaal zaken die we de voorbije jaren hebben gedaan.”

Hoe vormen jullie een standpunt met de input van de leden?

Ennio: “Bij het afkloppen van standpunten wordt alles eerst in de werkgroep besproken. We proberen iedereen op dezelfde te lijn te krijgen en kloppen pas een standpunt af wanneer iedereen erachter staat. Als voorzitter probeer ik dan een luisterend oor te zijn en iedereen op dezelfde lijn te krijgen.”

In hoeverre spelen de nationale en Europese regelgeving een rol in de werkzaamheden van de werkgroep?

Ennio: “Het zijn verplichte nummers waarover de sector het moet hebben. We moeten iets kunnen bereiken in de politieke dossiers, zodat Groene Kring dat verder kan uitdragen naar beleidsmakers en zo effectief iets kan realiseren voor jonge landbouwers. Ik denk dat het belangrijk is dat we als groep positief blijven, want we winnen er niets mee als we oude zeurkousen worden.”

"De aanhouder wint altijd!"

Ennio Liesens

Hoe zie je de Vlaamse vleesveehouderij in de komende vijf tot tien jaar?

Ennio: “In de vleesveehouderij zit je vaak vast aan andere takken. Financieel zijn we niet de sterksten en het aantal vleesveehouders blijft maar dalen. Steeds meer gemengde bedrijven ruilen vleesvee in voor melkvee. Dat is jammer, maar ik verwacht dat dat aantal zal stabiliseren en dat de aanhouder zal winnen. De vleesveehouders die overblijven, zullen het beter hebben door eenzelfde vraag en een lager aanbod. Als sector blijft het daarom ook belangrijk om te produceren wat de markt verwacht. Je moet je in zekere mate flexibel opstellen.”

Welke beleidsmaatregelen zouden de sector het best ondersteunen in de toekomst?

Ennio: “Sommige zaken moeten opgelost worden. De stikstofknobbel moet ontward worden, er moet sterk opgetreden worden tegen dierziekten als IBR en blauwtong, er moet een administratieve vereenvoudiging komen en de sector moet voldoende financiële slagkracht krijgen. Maatregelen als de zoogkoepremie kunnen hierbij een beetje helpen, maar een sector moet op zichzelf kunnen draaien zonder financiële tussenkomsten van Europa.”